Verloop en modaliteiten
Alle psychoanalyse begint met “voorbereidende gesprekken” om de problemen van de analysant vast te stellen en zijn of haar wens om analytisch werk te doen te bevragen. Deze gesprekken kunnen enkele dagen tot enkele weken duren. In de loop van een behandeling wordt de analysant gewoonlijk uitgenodigd om op de bank te gaan liggen wanneer hij of zij geen visuele ondersteuning meer nodig heeft om te praten, wanneer de behandelaar door de patiënt in een positie wordt gebracht om “iets te weten” over de oorzaak van zijn of haar lijden. Deze situatie is inderdaad een teken van het opzetten van de “overdracht”, een van de scharnieren van het analytische werk. Door zich voor te stellen dat de ander weet waaraan hij of zij lijdt, draagt de analysant zijn of haar affecten over op de ander; de affecten die hij of zij vroeger voor zijn of haar ouders reserveerde en de affecten die zijn of haar “venster op de wereld”, zijn of haar fantasmatisch kader, vormen. Natuurlijk is het ook de rol van de analyticus om de patiënt te verwijzen naar zijn of haar echte gesprekspartner, of dit nu een bekende of ouderlijke figuur is, een abstracte of niet-bestaande ander, of – vaker dan men zou denken – de analysant zelf…
Veel hedendaagse “therapeutische” praktijken beweren dat een patiënt gerustgesteld moet worden door een onveranderlijk kader: een psychiater die altijd dezelfde is, sessies van vaste duur. De lacaniaanse benadering van de psychoanalyse daarentegen bevordert het verrassingseffect in de ontmoeting. Een zwevende aandacht wordt ingesteld om de vraagstelling van de analysant te voeden, in de beweging tussen een “Wat wil je van me?” en een “Wat wil ikzelf?”, scharnier van het verlangen en zijn impasses. Door het verlangen van de ander in twijfel te trekken en veronderstellingen te maken, onthult de patiënt zijn eigen fantasieën en verlangens, die vervolgens kunnen worden geanalyseerd.
Een sessie eindigt meestal wanneer de patiënt een woord of een idee heeft uitgedrukt dat zijn probleem kristalliseert. Af en toe kunnen deze “scans” de sessies op onverwachte wijze onderbreken om als indicator te dienen voor het verschijnen van een belangrijk element. Ook kan, zonder geobsedeerd te zijn door de regelmaat van het ritme van de sessies, het aantal bijeenkomsten worden aangepast aan de analysant die het niet goed doet.
Een meer “therapeutische” benadering met een analytische oriëntatie zal niet veel verschillen van een psychoanalytische benadering, aangezien beide onderhevig zijn aan de grillen van spraak en taal in hun fundamentele koppeling aan de expressie van het symptoom. Toch lijkt het ons belangrijk, met name in de huidige maatschappelijke context, een ander soort steun te bieden aan degenen die bijzonder belang hechten aan de beknoptheid of doeltreffendheid van een meer conversationele aanpak, georganiseerd rond een meer directe, persoonlijke ontmoeting. De divan zal hier geen centrale plaats meer innemen, ook al kan er een beroep op worden gedaan telkens wanneer het gebruik ervan relevant lijkt.
De “overdracht” tussen patiënt en therapeut blijft een essentieel onderdeel van het werk. De gevraagde persoon draagt zijn affecten over aan de therapeut, die ze kan restitueren in de vorm van een “omgekeerd beeld”, een eerste fase in het werk van het ontcijferen van het symptoom in het discours. De rol van de therapeut zal er ook in bestaan de patiënt te verwijzen naar zijn werkelijke gesprekspartner, van de ouderlijke figuur tot de malaise die zijn eigen, vaak ontkende of verdrongen subjectiviteit teweegbrengt.
Zoals in de psychoanalyse eindigt een sessie meestal wanneer de patiënt een woord heeft gezegd of een idee heeft uitgedrukt dat zijn probleem kristalliseert. Deze “scans” bieden de mogelijkheid om de sessies op onverwachte manieren te onderbreken om als indicator te dienen voor het verschijnen van een belangrijk element. Ook de regelmaat en het tempo van de sessies kunnen worden afgestemd op de behoeften van de patiënt.
In het eerste gesprek kijken we naar het probleem (dat niet altijd duidelijk is) en indien mijn manier van werken (met psychoanalyse) geschikt voor je is (zonder dat het vooraf duidelijk is in welke richting het werk ons zal brengen). Dit is ook het moment waarop we praktische afspraken maken over de betaling en de timing van de sessies.
Taalkundig heb ik ervaring in het Frans (mijn gebruikelijke taal), Engels, Nederlands (mijn moedertaal) en Italiaans.